Onderwijs was in veel opzichten toch een kwestie van
overleven. Toen Mulder in 1966 van een lagere school als onderwijzer naar een
uloschool in A verhuisde, ging alles niet altijd van een leien dakje.
De eerste weken moest hij vaak dekking zoeken, want
leerlingen bekogelden hem met proppen
wanneer hij zich ook maar een seconde omdraaide naar het schoolbord of wanneer
hij iets te lang in zijn lesboek staarde..
Steeds was er wel wat; stoeltjes kraakten, tafels verschoven,
leerlingen zaten op verkeerde locaties of liepen zo maar naar zijn lessenaar. Steeds moest hij waarschuwen; het had veel voeten
in de aarde voor een les kon beginnen. Eg vrolijk werd Mulder er niet van.
Bert, Jan en Gerrit, drie van zijn nieuwe collega’s, schoten
te hulp. Ze legden hun oor te luisteren en gaven leerlingen die hem het leven zuur maakten op hun donder.
En de directeur die Mulder benoemd had, bleef maar zeggen: ‘Je
kunt het wel, het komt goed, ik heb het volste vertrouwen.’
Zo hielpen ze hem die moeilijke weken door. Langzaamaan nam
hij het initiatief van de kinderen over en hij ging zelf bij wijze van spreken
ook rotzooi trappen. Hij nam als het uur begon voor de klas plaats, opende zijn
lessenaar deksel en knalde die hard dicht. Dan toverde hij uit zijn bruinleren
aktetas van alles te voorschijn; een thermosfles, een broodtrommeltje. een
appel of een peer.
Zaken die niks
met Engels, Nederlands, Aardrijkskunde of
geschiedenis, de vakken waarin hij allemaal lesgaf, te maken hadden. Hij liet
zelf pennen, potloden en boeken op de grond vallen, riep vriendelijk een
leerling om het gedropte weer op te rapen.
Kortgzegd hij maakte theater en
ondertussen werd het stiller. De les kon dan beginnen.
‘Bladzijde 43, lees de eerste
zin, Sylvia.’ Vingers omhoog;: ‘We zijn nog maar pas op pagina 34 , meneer! We
moesten spreekwoordenoefening ’. Hij zag
in zijn lerarenagenda de vergissing en Sylvia, bladerde terug en las: ‘op grote
voet leven, wie de schoen past trekke hem aan en een wit voetje halen.’
Na die eerste woelige maanden werd het rustiger. Wel
haalden de leerlingen soms nog wat goed bedoelde grappen uit. Alle leerlingen zaten
bijvoorbeeld na de ochtendpauze achterste voren. Hoe je op zoiets reageerde
maakte niet uit zolang je niet kwaad werd. Geleidelijk begon Mulder
schoolleven leuker te vinden.
In een van de klassen kreeg hij zelfs twee trouwe
supporters; Tineke en Marjolein, twee royaal met vlees bedeelde vrolijke
meisjes. Zij hadden overwicht in de klas.
En zo kreeg hij steeds meer vaste grond onder z’n voeten in
de gevestigde school orde.
Tegen het eind van het jaar was het vertrouwen van
directeur Busman zo groot dat hij Mulder
met 1a, waarvan hij klassenleraar was op schoolkamp stuurde. Hij kreeg helemaal
alleen de verantwoordelijkheid voor een tentenkamp ergens op een stukje hei en
dennen in de buurt van Putten.
Een kookmoeder zou voor echt kamp- eten zorgen. Verder ging
er een kwekeling, of hospitant, mee die de puberteit amper ontgroeid was.
De jongen heette Jan; veel zou hij niet aan
hem hebben. Jan was onzeker, afwachtend, praatte zacht en lag meestal op zijn buik
in de zon. Busman besprak de regels, Hij
stond erop dat de leerlingen om 9 uur naar bed gingen, stil waren en sliepen.
Om de kinderen in de juiste stemming te brengen voor een ongestoorde nachtrust,
vertelden Jan, Bert en Gerrit aan zijn kampeerklas tijdens hun lessen de
gruwelijkste dingen.
Het spookte daar in Putten; er waren daar witte wieven, een
soort in witte gewaden rondzwierende vrouwspersonen. Er was een zigeunerkamp
vrijwel naast het kampterrein en in de hei logeerden adders en hazelwormen en
die waren niet vriendelijk voor ulo –leerlingen.
Kortom toen hij met zijn groep
op een prille maandagmorgen per fiets richting Nijkerk vertrok, zat de stemming
er al behoorlijk in.
’s Avonds na een wandeling en de stamppot rauwe andijvie
met spekjes en een spoorzoektocht joeg Mulder iedereen tegen negenen de tent
in; slapen en stil zijn was het consigne! Dat ging niet zonder slag of stoot.
De meiden giechelden, kletsten, zongen zachtjes en moesten om de 5 minuten naar
de wc. Hij vermaande ze. Het bleef keet.
Inmiddels viel de schemer. ‘Als ik jullie nog een keer hoor bind ik je
vast aan de vlaggenmast riep hij tegen Wanda en Anneke; het werd rustig.
Even later hoorde hij Sylvia een schunnig liedje zingen; ‘
Jan en Greet zijn in de keuken, wat doen ze daar, wat doen ze daar! Ze eten
pannenkoek met spek en gaan dan lekker neuken. ’
‘Kom jij er maar uit, juffrouw!’ Sylvia verhuisde in haar nachtpon of babydoll naar de mast. Dat hielp. Nu moest
hij jongenstent nog koest zien te krijgen. Daar werd geworsteld, vieze
moppen deden de ronde, en er klonken scheten.
‘Is het nou eens een keer afgelopen.’ hij gooide de
voortent flapdeur opzij en scheen met een zaklantaarn in de verhitte gezichten.
Ze beloofden beterschap! Je hoorde
alleen nog onderdrukt gelach. Zijn stageloper stond bij de meisjestenten op
wacht. Die had Sylvia intussen een jas gegeven, want het was fris. Ze liepen naar de kooktent. Er was koffie.
Na een
poosje groeide buiten de herrie weer aan. Het waren de jongens. ‘Kom op,’ zei hij tegen kwekeling Jan, ‘in de knapentent is
nu echt de pleuris los.’ De tent schudde, bolde en wankelde.
Uit zijn eigen leiderstent pakte Mulder nu zijn reserve schoenen. Terug bij de jongens, schoof hij ze half onder het voorste tentdoek door en sprak de heren bars toe. Nu klonk er nog slechts gedempt gefluister.
Uit zijn eigen leiderstent pakte Mulder nu zijn reserve schoenen. Terug bij de jongens, schoof hij ze half onder het voorste tentdoek door en sprak de heren bars toe. Nu klonk er nog slechts gedempt gefluister.
'Zolang jullie niet op houden te ouwehoeren blijf ik hier,
desnoods de hele nacht….is dat goed begrepen!’ Er werd niet meer gepraat; alleen
op de grens van het hoorbare wisselden ze nog gegevens uit zo van….’staat hij
er nog…..ja kijk maar!’….
Na een poosje hoorde
je alleen vredig gesnurk. Met zijn
hospitant Jan patrouilleerde hij nog wat tussen tenten en dennen. Toen stuurden
ze Sylvia terug naar haar vriendinnen. In de kooktent dronken ze nog een
colaatje. De schoenen bleven de hele nacht voor de jongenstent staan.
©.c.u.
1 opmerking:
Degelijke stappers dwingen respect af :-).
Een reactie posten