Posts tonen met het label gedicht.. Alle posts tonen
Posts tonen met het label gedicht.. Alle posts tonen

zondag 2 december 2018

Klaagzang




De jaren gaan nu toch behoorlijk tellen:
het rechter been werkt niet meer mee,
rug of armen zijn van onbuigzaam hout
en vroeger klom je in de hoogste toren.

Je leeftijd stoort zich niet aan statistieken
maar ‘t zicht wordt minder, je hebt ’t koud.
Bewegen moet je ,mag geen Stoelman zijn;
maak elke dag een ommetje door de wijk.

Of sportiever doe zo af en toe eens mee
aan een handbike battle, een rollatorrace
een scootmobiel – of rolstoelpuzzeltocht,
ergens op de Veluwe met mooie prijzen.

Stijve spier krakend bot zijn er niet in tel,
gaaf genieten in zo’n Wildpark is het wel.

©c.u.





vrijdag 27 januari 2017

Geretoucheerd





Met dit gedicht geef ik je nu een nieuwe jas
voor onze liefde in de najaarsregen
en met de bittere kou een wollen das
de jaren kunnen er dan beter tegen.

Jij was dat meisje van de overkant
zelfbewust jong en nogal bijdehand
zonneklaar dat je er zo mocht wezen
met jou zou ik zeker alles gaan beleven.

Onopgemerkt heb ik je analoog genomen
om later nog eens bij je weg te mogen dromen
doch ik vergat de sterkte van het morgen licht.

Nu ik je geduldig digitaal en eigentijds bewerk
wordt je silhouet oogstrelend zacht en sterk,
hervind ik dat vrolijke hier ben ik dan gezicht.

©c.u.

woensdag 25 januari 2017

ze reed alleen de verte in



                  

                       
Het dorp  en de verte


De straten waren stil en onbesproken
en bomen stonden zwijgend langs de kant.
Wat was er spannend in het achterland
dat er bloot en open lag onafgebroken!

Het land waar ik ontwaakte voor het eerst:
zo werd het door de fotograaf genomen.
De lens vertekende de straat met bomen,
een meisje op haar fiets, de herfst die heerst.

Een ansicht waar veel verte werd gevangen.
De straat waar ik m ’n prille liefde kreeg,
’t was er nog zo onvoorstelbaar ruim en leeg.

Een weg waarop je nog alles kon verlangen;
het einde was omgekeerd een begin
en het meisje ze reed alleen de verte in.

dinsdag 6 september 2011

Voet aan vaste wal



Ooit heb ook ik wad gelopen;
dwz. gestruikeld en gekropen
onder een wijde zilte lucht
vervuld van water wind en wolken
met vogels zwevend bij de zon.

We waren met een club van tien
en een van hen was Ibbeltje.
In haar natte truitje prikte
zo heel pikant dat tepeltje

Terwijl ik steeds met mijn enkels 
zwikte, heb ik al die moeizame uren
alleen haar donkere ogen gezien

daar ergens voor mij op het wad
met vogels in de zon en zoveel
dat ik toen graag zeggen wilde.

Liefde verklaren tussen Pieterburen
en een eiland op de verre horizon
hoe toch in godsnaam deed je dat

misschien namen we daar
de boot en kregen tot slot
op Vlieland voet aan wal 
waar ik 't haar zeggen kon.